Op school werken we met 4 type doelen:
Vaardigheidsdoelen
(vaststellen streefscores en bespreken op groepsniveau en op schoolniveau) Dit is een relatieve normering ten opzichte van anderen die dezelfde genormeerde toets maken. De vaardigheidsscore die hoort bij de doelen geeft een indicatie van de onderwijsresultaten.
Tussendoelen vanuit de leerlijn
(vaststellen en bespreken van leerlijnen en tussendoelen/streefscores in elke groep op schoolniveau). Een leerlijn is een min of meer logische opeenstapeling van tussendoelen leidend tot een uitstroombestemming. Tussendoelen op een leerlijn zijn zogenaamde cruciale leermomenten, of ankers in de ontwikkeling. Bijvoorbeeld: kennen en toepassen van de telrij tot 100. Of 20 minuten zelfstandig kunnen werken. Evalueren of tussendoelen zijn behaald kan via resultaten op methodetoetsen, observatiegegevens en analyses van de citotoets lovs (of iets soortgelijks). Kijk bijvoorbeeld ook op: http://tule.slo.nl en/of op www.leerlijnen.cedgroep.nl en/of www.taalrekenen.nl
Themadoelen of methodeblokdoelen
(vaststellen en bespreken op (parallel)groepsniveau) Deze doelen kunnen een overlap hebben met tussendoelen uit de leerlijn. Meestal zijn het wat kleinere eenheden dan de geformuleerde tussendoelen. Bijvoorbeeld: de leerling kent (weten en toepassen) na afloop van deze periode de begrippen: onder, boven, naast en achter. Evalueren via methodetoetsen, werkstukken, presentaties en observaties.
Lesdoelen
(vaststellen en bespreken op groepsniveau en op individueel niveau)
Bijvoorbeeld: de leerling kent na deze les het begrip “gelijknamig maken”en kan dit aan de hand van een voorbeeld verduidelijken. Elke les heeft een doel waaromheen het instructiemodel is opgebouwd. Via dit model weten de leerlingen het doel van de les, weten ze wat de plaats van dit lesdoel is in de reeks lessen die wordt aangeboden en is er ruimte voor evaluatie betreffende het proces.
De laatste drie doelen noemen we criteriumdoelen.
In je planning kun je het beste werken met de thema/methodeblok/periode doelen (afhankelijk van het gebruik van methodes en/of thema’s) en met lesdoelen. Deze doelen moet je vooral met je leerlingen delen en zorgen dat je hun vorderingen inzichtelijk maakt. Dit maakt hen meer betrokken bij hun leerproces.
Daarnaast is het verstandig ruimte te geven aan doelen die leerlingen zelf nastreven. Ga met ze in gesprek en plan samen met hen hoe ze het beste aan hun eigen (en jouw) doelen kunnen gaan werken! Doelen delen en bespreken=meer betrokken leerlingen!